Galopperen in een Ford Mustang

20-09-2011 13:00

Ja, ik vind het dus niks. Om het eens eufemistisch uit te drukken. Die hele Mustang kan me gestolen worden. En dat voor een paardenmeisje. Een PK verafgodend paardenmeisje dat thuis blijft voor Top Gear en sinds kort overgestapt is op een andere aanbieder omdat die wél CarChannel doorgeeft. Zo’n meisje.

Ik huurde de Mustang nog niet zo lang geleden. Om van Seattle naar Vancouver te rijden en weer terug. Leek me gaaf. “The convertible please”, vroeg ik hoopvol en grijnzend. Die waren dus ‘op’.  Er was nog wel een Mitsubishi Eclipse Spyder. *proest* In Noord-Amerika rij je een Mustang. Vond ik. In elk geval iets Amerikaans op zijn minst. Desnoods een dichte. De vrouw, powered by McDonald’s, achter de bunkerbalie schoof mij daarop volledig interesseloos, starend naar haar nagels, de sleutels van het alternatief toe.

Porno-interieur
Mij viel ter compensatie een chemisch riekende V6 Premium ten deel. Met een 6-speed automaat en porno-interieur, zo bleek. Inclusief tissues. De Mustang beschikte namelijk over crèmekleurig leer dat direct door lila licht werd beschenen na omdraaien van het contact. En dat viel in daglicht nog wel mee, als je voldoende naar buiten bleef kijken. Maar na zonsondergang werd het pas echt gênant. Dat lila licht kwam overigens ook onder het dashboardkastje en achter de pedalen vandaan, verlichtte het woord Mustang op de dorpellijsten en sierde zelfs de bekerhouders en de asbak. Of althans, het gat waar vroeger een asbak zat. Later bleek dat het lila licht door 125 andere kleuren – die vochten om het lelijkst – vervangen kon worden. En verder chroom en aluminium. Veel aluminium. En nog meer aluminium. Had ik al aluminium gezegd?

Overigens is ongeveer alles te ‘customizen’. Dat heeft ook veel te maken met het feit dat er vrij weinig standaard is, in de kale uitvoering. Ik heb hard gelachen toen ik er achter kwam dat bij het instapmodel het waarschuwingslampje van de brandstofmeter optioneel is. Optioneel, hè. Dus niet standaard. Echt. Als je voor die optie kiest knippert er straks wel heel schattig een pijltje, wijzend naar de richting waar de tankdop zit. Amerikanen.

Gehinnik
Geeft allemaal niets, ik wilde gewoon een eind gas geven. Daar had ik echt zin in. En daar had ik ‘em ook een beetje voor, die lekkere lelijke Amerikaanse muscle car. De weidsheid en de kilometers asfalt die ik tot mijn beschikking zou hebben lonkten. Erg. Mijn ‘leather wrapped’ stuur had alleen wat last van Amerikaanse weerstand. Of beter; lack thereof. De Mustang liet zich griezelig eenvoudig met de pinken besturen en gedroeg zich vervolgens als een zwabber. Gelukkig kon je de ‘Selectable Electronic Power Assist Steering’ volgens het menu aanpassen naar ‘sport’, zodat ik meer weerstand op mijn stuur zou voelen. Top. Daar bleek ‘ie echter al op te staan. De nog lichtere standen zijn ronduit eng. Heel eng.

Maar het gaat natuurlijk om wat er onder de motorkap ligt en hoe hard ik ermee kan galopperen. Zwabberend of niet. Dit zegt Ford er zelf over” “The 3.7L Ti-VCT V6 engine produces 280 lb.-ft. of off-the-line torque while delivering a first-ever combination of 305 horsepower and EPA-estimated 31 mpg hwy.” Yeah, right. De V6 bleek een doorgefokt semikreupel zelfverklaard raspaard. Veel gehinnik, weinig vaart. Heuveltje af, het gaspedaal bijkans door de bodemplaat drukkend, hielp niets. Gedoseerder gas geven om de automaat de kans te geven het zelf op te lossen al helemaal niet. Maar het klónk wel heel snel allemaal. Alleen zwaartekracht kan de Mustang – na het pompeuze vehikel vakkundig van een rots geduwd te hebben – vlot op de 60 miles per hour krijgen. Wat een deceptie, dat apparaat. Een uitlaat erbij en de V6 mag tot kruiwagen gepromoveerd worden.

Peniskoker
De Ford Mustang is uiteindelijk vooral een uiterst curieus versierde peniskoker (nooit vragen naar de inhoud). Of in elk geval vind ik dat van het model dat ik een dikke week lang mocht testen. Het is zo’n compensatiebak die feitelijk niets echt compenseert, het misschien zelfs wel erger maakt. U kent dat wel; dat syndroom waar die sportschoolanabolenjongens ook last van hebben. Dat gevoel krijg ik erbij, mocht ik dat nog niet voldoende tot uitdrukking hebben gebracht.

Volgende keer de Shelby GT500. Als ‘ie niet op is.